Het gebouw is ontworpen door architectenbureau SeARCH onder leiding van Bjarne Mastenbroek. Het is ongelofelijk knap ingepast tussen bestaande gebouwen op het grensgebied tussen de Welle en de historische binnenstad van Deventer, strak tegen een toren van de vroegere stadsmuur aan. Door de slimme indeling is er op de plaats waar vroeger de gymzaal van het Hegius college stond, het culturele centrum MIMIK met een oppervlakte van meer dan 3.000 m2 ontstaan. De ontmoetingsplek bestaat uit twee grote en twee kleinere filmzalen – in plaats van het vroegere Filmhuis de Keizer – en een ruime theaterzaal voor het vroegere Theater Bouwkunde. Ook is er een café-restaurant, een bar en een foyer gehuisvest. Architectenbureau SeARCH heeft er voor gekozen bestaande contextuele elementen te versterken. Zo is de bestaande stadsmuur een van de belangrijke redenen om de bar één niveau te verhogen, zodat de bezoekers kunnen genieten van het mooie uitzicht over de IJssel en de uiterwaarden. Om akoestische redenen is het gebouw rondom de grote theaterzaal ontworpen. De filmzalen zijn boven de entreezone gesitueerd. Naast de entree bevindt zich het café-restaurant en een verdieping hoger de bar. Dit resulteert in een voor het publiek overzichtelijke indeling van de hoofdfuncties. Deze publieke ruimten verdeeld over drie lagen zijn middels een sculpturale luie trap met elkaar verbonden. De gevel van het gebouw bestaat uit wit geglazuurd metselwerk. Om het publieke interieur van het gebouw een grootstedelijk karakter te geven is de binnenstraat van het gebouw gedeeltelijk uitgevoerd in metselwerk. De binnenstraat verbindt de Welle met de Noordenbergstraat. Het metselwerk van de gevel loopt naar binnen door, mede om het geluid binnen de filmzalen en theaterzaal te houden. Hierdoor kan de oude steeg van het bouwblok worden hersteld in een eigentijdse uitvoering.
Uitstel MIMIK
Door wat politieke tegenstand als gevolg van onder andere budgetoverschrijdingen werd het project regelmatig uitgesteld. Dit had ook gevolgen voor Fleurbaaij Totaal Afbouw uit Aalten. Het afbouwbedrijf had samen met aannemer Hegeman de aanbesteding in 2016 gewonnen, vertelt directeur Pieter Haafkes. “De uitvoering van de werkzaamheden was echter heel wat later. We mochten alle vloeren, wanden, plafonds en het stuc- en tegelwerk verzorgen. Maar door het uitstel kwam er niet echt ‘schwung’ in het project. Het heeft zelfs een tijdje helemaal stilgelegen. Om de betrokkenheid bij het project te stimuleren werden enkele activiteiten georganiseerd. Zo konden de werkmensen op een dag hun lunch bestellen bij een mobiele friettent, die daarvoor was geregeld.”
Advies
Voor de samenstelling van de wanden heeft Fleurbaaij advies ingewonnen bij Knauf. Projectadviseur Jacco van ‘t Hof van Knauf werkte samen met Fleurbaaij een voorstel uit op basis van het Knauf AfbouwZeker-principe. “Conform AfbouwZeker staat Knauf garant voor de prestaties van de producten en systemen. Fleurbaaij staat garant voor een correcte verwerking van de Knauf producten en systemen conform de verwerkingsrichtlijnen van Knauf. Fleurbaaij garandeert bovendien te voldoen aan alle Nederlandse wet- en regelgeving”, legt Van ’t Hof uit.
In 2015 stond bim nog redelijk in de kinderschoenen, maar Knauf heeft het project ingetekend in het informatiemodel, vertelt Van ’t Hof. “Hierdoor had Fleurbaaij direct door welke verschillende wandsystemen waar moesten komen. Ook stond in het model dat alle wanden op IVI-metaalsystemen moesten worden gemonteerd. Grotendeels betrof dat voorzetwanden die tussen de zalen op kalkzandsteen werden bevestigd. Daar waar geen kalkzandsteen was, hebben we een speciale wand ontwikkeld. Deze heeft een totale dikte van 290 mm. De eerste laag bestaat uit de zogenoemde extra brandwerende Knauf DF-plaat in een dikte van 15 mm, de tweede uit 12,5 mm Knauf Silentboard DF en de derde weer uit de Knauf DF-plaat, wederom in een dikte van 15 mm. Hier wordt voor de extra isolatie twee keer een laag Knauf Acoustifit glaswol in een dikte van 75 mm toegevoegd. Dit levert een akoestische waarde op van Rw 87 dB. Het is voor de eerste keer dat we deze wand in deze samenstelling hebben toegepast.”
Eenvoudig
De akoestische isolatie kwam in het project tot stand met de wandoplossingen van Knauf. In de bioscoopzalen moest het plafond ook hieraan bijdragen, vertelt directeur Haafkes van Fleurbaaij. “Hier hebben we zwarte systeemplafonds van Rockfon gemonteerd, Cinema 600 x 600. Het is een traditioneel inlegplafond – een relatief eenvoudige oplossing – maar wel met zeer goede akoestische waarden. En door een zwarte uitvoering toe te passen, vormt het esthetisch één geheel met de zwarte wanden.”
De zwarte wanden in de bioscoopzalen zijn het resultaat van de samenwerking tussen drie bedrijven. Haafkes legt uit. “De opbouw is als volgt: het zijn metalenstaanderwanden met dubbele beplating, een zware uitvoering met de stootvaste Knauf Diamond Board. Die hebben wij gemonteerd. Tegen de wand is akoestisch doek gespannen, die ontwikkeld is door Happy Spaces. Dit is een zusteronderneming van ons, gespecialiseerd in oplossingen voor akoestische absorptie en kantoorrenovatie. De geluidsabsorptie zat namelijk niet in de oorspronkelijke opdracht. Hiervoor zijn we rechtstreeks door de gemeente Deventer ingehuurd. In de wand hebben we koven getimmerd, waar de verlichting in is geïntegreerd. De akoestische beleving van de theaterzalen is echt heel gaaf geworden en daar zijn we natuurlijk ook trots op. Bezoekers ervaren die akoestische beleving ook echt en dat is natuurlijk waar we het voor doen!”
Special
Voor de wanden in de theaterzaal heeft Fleurbaaij een special ontwikkeld. “De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat het een ontwerp is van onze oud-projectleider John Gerrits. Hij is vanwege de liefde naar het zuiden verhuisd, maar niet voordat hij de prachtige wand op basis van een lattensysteem van Oregon Pine met een akoestische backing heeft ontworpen”, vertelt Haafkes.
Voor de akoestiek in het horecagedeelte heeft het afbouwbedrijf uit Aalten een akoestisch spuitplafond aangebracht. Volgens Haafkes zat hier nog een uitdaging aan. “We hebben het spuitwerk direct op het beton aangebracht. Het spuitwerk moest aansluiten op de schuine gipsplaten. De overgang hiervan was nog wel een dingetje, van recht naar schuin. Maar het is een esthetisch mooie oplossing geworden.”
Pontje naar MIMIK
Het project moest worden uitgevoerd op een spreekwoordelijke postzegel, aldus Haafkes. “De logistiek was wel een aandachtspunt, want je moet werken op een dichtbebouwde omgeving, zonder veel parkeerruimte. Daarom parkeerden onze mensen aan de overkant van de IJssel bij De Worp. Vervolgens kwamen ze met het pontje naar de MIMIK. Dan kun je niet vaak zeggen, dat je met een pontje naar je werk gaat”, lacht Haafkes.
Het was echt een project voor de lange adem. Maar Haafkes heeft er ondanks de vele vertragingen een goed gevoel aan over gehouden. “Elk jaar vaar ik mijn bootje met mijn zoon Ties van de Achterhoek naar Friesland. Toen ik afgelopen zomer over de IJssel hierlangs kwam, had ik wel een gevoel van trots. Het is een mooi project op een geweldige locatie. Ik zie me nog wel eens met een biertje in het café-restaurant van MIMIK zitten, genietend van het uitzicht over de IJssel.”